Born 13.5.1898 in Den Haag Died 12.8.1941 in Hartheim
Biography
In Erinnerung an den Onkel von meinem Opa, Jacob Poons
Jacob Poons wurde am 13. Mai 1898 geboren. Er heiratete am 9. Jänner 1918 Rachel Sarluïs. Sie bekamen zwei Kinder, Hadasse (geboren am 25. Juli 1918) und Hiam Poons (geboren am 20. April 1920).
Jacob Poons wurde wahrscheinlich bei einer der Razzien in Amsterdam festgenommen, die am 22. und 23. Februar 1941 stattfanden, nachdem bei Ausschreitungen ein Angehöriger der Nationaal-Socialistische Beweging (Nationalsozialistische Bewegung, NSB) getötet worden war. Er kam wahrscheinlich ins Lager Schoorl und von dort zusammen mit 397 anderen niederländischen Juden nach Buchenwald. Die Gruppe kam am 28. Februar in Weimar an und musste von dort zu Fuß acht Kilometer ins Konzentrationslager Buchenwald gehen. In diesem Lager waren die Baracken 16 und 17 die „Judenbaracken“. Jacob kam in Baracke 16. Er wurde als politischer jüdischer Gefangener mit der Nummer 1344 registriert. Ab 7. März wurde er zu einem schweren Aufräum- und Baukommando eingeteilt. Er wurde gezwungen, von frühmorgens bis spätabends zu arbeiten, während sie von der SS mit Hunden und Peitschen angetrieben und misshandelt wurden. Weil sie keine guten Schuhe hatten, entstanden Wunden an ihren Füßen. Wegen Unterernährung und schlechten Wetterverhältnissen ging es mit der Gruppe schnell abwärts. Für Juden war es verboten, sich in der Krankenbaracke behandeln zu lassen. Obwohl andere Gefangene unter Lebensgefahr versuchten, der jüdischen Gruppe zu helfen, starben viele Juden aus dieser Gruppe.
Am 22. Mai 1941 wurde Jacob zusammen mit den anderen übriggebliebenen 340 niederländischen Juden ins Konzentrationslager Mauthausen deportiert, wo er am 23. Mai 1941 ankam. Im Lager Mauthausen musste er in der Steingrube unter – womöglich – noch schlechteren Bedingungen arbeiten. Vom Lager Mauthausen wurde er ins Lager Gusen überstellt. Am 12. August 1941 wurde er wiederum vom Lager Mauthausen (wahrscheinlich, weil er nicht mehr in der Lage war, zu arbeiten) in ein „Lagersanatorium Dachau“ deportiert, was eigentlich ein Codename für die Vernichtungsstätte Hartheim war. Die Deportation nach Schloss Hartheim bedeutete, dass er Opfer der so genannten „Aktion 14 f 13“ wurde. Der Codename verweist auf die Selektion und die Ermordung von Opfern, die entweder arbeitsunfähig geworden waren oder aus politischen oder rassistischen Gründen unerwünscht waren. Jacob und die anderen wurden nach Ankunft auf Schloss Hartheim innerhalb weniger Stunden in der Gaskammer ermordet.
Jacob Poons wurde 43 Jahre alt.
Iris Joris
Iris Joris ist die Urgroßnichte von Jacob Poons und lebt in Apeldoorn, Holland.
Aus dem Niederländischen von Veronika Zangl
In memory of my grandpa’s uncle, Jacob Poons
Jacob Poons was born on 13 May 1898. He married Rachel Sarluïs on 9 January 1918. They had two children, Hadasse (born on 25 July 1918) and Hiam Poons (born on 20 April 1920).
Jacob Poons was probably captured in one of the raids that took place on 22 and 23 February 1941 in Amsterdam, after a member of the Nationaal-Socialistische Beweging (National Socialist Movement, or NSB) was killed during riots. He is likely to have been taken to the Schoorl camp and from there to Buchenwald, along with 397 other Dutch Jews. The group arrived in Weimar on 28 February and had to walk eight kilometres to the Buchenwald concentration camp from there. Huts 16 and 17 of this camp were known as the ‘Jewish huts’. Jacob was sent to Hut 16. He was registered as Jewish political prisoner number 1344. From 7 March onwards he was assigned to a heavy clearing and construction detachment. He was forced to work from early in the morning until late at night while being driven on by the SS with dogs and whips and suffering abuse. Because they did not have any good shoes, wounds developed on their feet. The group’s condition deteriorated as a result of malnourishment and bad weather. It was forbidden for Jews to be treated in the infirmary. Although other prisoners put their lives at risk to help the Jewish group, many of them still died.
On 22 May 1941 Jacob and the 340 remaining Dutch Jews were deported to the Mauthausen concentration camp, where they arrived on 23 May 1941. At Mauthausen he had to work in the stone quarry under conditions that were, if anything, even worse. From Mauthausen he was transferred to the Gusen camp. On 12 August 1941, now back in the Mauthausen camp (presumably because he was no longer able to work), he was deported to what was known as the ‘Dachau camp sanatorium’, which was actually a codename for the Hartheim extermination site. The deportation to Hartheim Castle meant that he became a victim of ‘Aktion 14 f 13’. This codename referred to the selection and murder of victims who had either become incapable of work or who were considered undesirable for political or racist reasons. Jacob and the others were murdered in the gas chamber only a few hours after arriving at Hartheim Castle.
Jacob Poons was 43 years old when he died.
Iris Joris
Translation into English: Joanna White
Ter nagedachtenis aan de oom van mijn opa, Jacob Poons.
Jacob Poons is geboren op 13 mei 1898. Hij trouwde op 9 januari 1918 met Rachel Sarluïs en zij kregen twee kinderen, Hadasse (geboren 25-juli-1918) en Hiam Poons (geboren 20 april 1920).
Jacob Poons, is waarschijnlijk opgepakt tijdens de razzia’s in Amsterdam op 22 en 23 februari 1941, die werden gehouden n.a.v. een bij rellen gedode NSBer. Hij komt in kamp Schoorl terecht en vandaar uit wordt hij samen met 397 andere Nederlandse joden gedeporteerd naar kamp Buchenwald. Op 28 februari komt de groep aan in Weimar en vandaar uit moeten ze 8 kilometer lopen naar kamp Buchenwald. Barrak 16 en 17 van dit kamp zijn de joden barrakken en hij komt terecht in barrak 16. Hij wordt geregistreerd als politieke joodse gevangene en krijgt het registratie nummer 1344. Vanaf 7 maart moet hij werken in zware draag en bouw commando’s. Hij wordt gedwongen van ’s morgens vroeg tot ’s avonds laat te werken terwijl ze ondertussen door de SS met honden en zwepen worden opgejaagd en mishandeld. Doordat ze geen goede schoenen hebben, krijgen ze verwondingen aan hun voeten. Door ondervoeding en het slechte klimaat gaat de groep snel achteruit. Het is voor de joden verboden zich te laten behandelen in de zieken barrak. Ondanks dat andere gevangen met gevaar voor eigen leven proberen de joodse groep te helpen sterven er veel joden van deze groep.
Op 22 mei 1941 wordt Jacob samen met de overige overgebleven 340 Nederlandse joden gedeporteerd naar concentratiekamp Mauthausen. Waar hij op 23 mei 1941 aankomt. In kamp Mauthausen moet hij werken in de steengroeve onder, zo mogelijk, nog slechtere omstandigheden. Vanuit kamp Mauthausen is hij naar kamp Gusen vervoerd. Hij is op 12 augustus 1941 (waarschijnlijk omdat hij niet meer in staat was om te werken) weer vanuit kamp Mauthausen gedeporteerd naar lager sanatorium Dachau, een gevangenen sanatorium van concentratiekamp Dachau wat eigenlijk een code naam was voor vernietiging plaats Hartheim. De deportatie naar Schloss Hartheim betekende dat hij slachtoffer zou worden van de zo geheten operatie 14f13 (Action 14f13). Deze codenaam refereert aan de selectie en het vermoorden van slachtoffers omdat ze of ongeschikt waren geworden om te werken of omdat ze niet gewenst waren vanwege politieke of racistische redenen. Officieel stierf hij een “natuurlijke” dood in kamp Mauthausen, maar de werkelijkheid is dat Jacob en de anderen na aankomst op schloss Hartheim binnen enkele uren vermoord werden in de gaskamer.
